Het is te merken dat de zomer voorbij is. Het werk in de moestuin neemt nu wat af. We oogsten zowat iedere dag, maar zaaien is er eigenlijk niet meer bij en er vallen nu zelfs wat open stukken in de moestuin.
Overal groeien paddenstoelen, we trekken her en der bramen en van de peren hebben we tientallen potjes jam en chutney gemaakt. Ook ben ik flink aan de slag geweest met de composttonnen. Van gaas en planken heb ik een zeef gemaakt en de compost boven een bouwzeil gezeefd. Uit 1 compostton leverde dat al zo’n kleine 140 liter compost op!
En dan nog onze uilen. De familie bosuilen hebben we al enkele maanden niet meer gezien, maar wel horen we ze nog regelmatig. Ook treffen we nog regelmatig schijtsporen onder de bomen aan en liggen er af en toe braakballen en dode muizen op het pad van de houtkade. Afgelopen donderdag was ik bezig om hazelnoten te verzamelen en zag onder een hazelaar weer een duidelijk schijtspoor. Ik keek naar boven en keer recht in de ogen van meneer of mevrouw uil. Ik maakte zo goed en kwaad als het kon met mijn mobieltje een foto en vergrootte deze thuis uit. Er was iets vreemds aan die foto. De uil was minder groot, minder bol en vooral ook minder bruin, grijs eigenlijk. Vandaag zag ik de uil weer en toen ik samen met Boerin Suuske ging kijken, kwamen we tot de conclusie dat dit geen bosuil was, maar een ransuil! Een echte Asio Otus dus? Binnenkort probeer ik een betere foto te maken om meer zekerheid te krijgen over de soort.
Laat wat van je horen